Er was eens een meisje in Lemmer
Die had er een kut als een emmer
En iedere haar
Stond strak als een snaar
Want haar vriendje was pianostemmer.
Een beeldschone dame uit Epe,
Had het voltooid deelwoord niet goed begrepen.
Ze vroeg na de daad,
Met haar mond nog vol zaad:
"Heb ik nu gepijpt of gepepen?"
Er was eens een man op Terschelling
Die neukte zijn vrouw op een helling
Maar, o wat een pech,
Zijn vrouw, die gleed weg.
En toen neukte hij met Terschelling.
Er was eens een boertje in Zwolle
Die ging met de koe naar de bolle.
De bolle had haast
En spoot er dus naast
Toen spoot hij de boer voor de holle.
Er was eens een meisje uit Londen,
Die had een condoompie gevonden,
Ze zei tegen een knul,
"Doe dat ding om je lul,
Want weggooien dat is zo zonde."
Een spermatozoom te Neerwinden
Sprak tot zijn talrijke vrinden:
"Eén ding staat vast
We worden verbrast
Daar we ons in de anus bevinden."
Er was eens een neger in Kabul
Die neukte z`n vrouw op een klapstoel
Dat ging met gemak
Maar dat ding dat zei krak
Wat trok toen die neger een rotsmoel.
Bill Clinton zit in de misère
Door fellatio in zijn parterre
Hillary werd heel kwaad
Wil nu in de senaat
Vanwege die uitzuigster van een stagiaire.
Niemand weet waar Monica nu heen is
Of dat zij gewoon slim en gemeen is
Niet tot mislukken gedoemd
Maar zelfs wereldberoemd
En dat alles door Clinton zijn p....
Er was eens een meisje in Naarden
Die had er een hele behaarde
Alleen een huzaar
Die kwam er op klaar
Want die had het geleerd op de paarden.
Een strontgeile kerel uit Laren,
Kon door de seks niet bedaren,
Hij zat met een stijve,
Ging naar de wijven,
En daar verdween zijn spel in de schaamharen.
Er was eens een boertje uit Drachten,
Die wilde zijn varkens verkrachten,
Maar o wat een strop,
Zijn knecht zat er op,
Toen moest hij nog eventjes wachten!
Er was eens een vent in Caïro,
Die stuurde zijn kwakkie per giro,
Zijn vrouw in Milaan,
Die vond er niks aan:
"Als je wilt neuken, kom je maar hiero!"
Er was eens een vent uit Wolfheze,
Die zij dat hij schaamlip kon lezen,
Daarop zei er een hoer:
"Daarvan geloof ik geen moer,
Het zal wel een kutsmoesje wezen."
Er was eens een meisje uit Putten,
Die had niet één, maar twee kutten,
Alleen een man,
Met een dubbele jan,
Kan die twee kutten benutten.
Een sletje uit Amsterdam,
Die kamde haar kut met een kam,
Maar heel bizar,
Het ging steeds door de war,
Omdat ieder in haar kwam.
Er was eens een meisje uit Liessel,
Die had ene vibo op diesel,
Maar oh, wat een strop,
De diesel was op,
Toen viet ze de steel van de griesel.
Er was eens een vrouw in Toulouse,
Die had nogal wat in haar blouse,
Er waren helaas,
In haar maat geen behaas,
Dus droeg ze twee volkswagenhoezen!
Een lesbische tante uit Essen,
Had zoveel vijven en zessen,
Dat geen enkele vrouw,
Haar nog beffen wou,
Dus doet ze het met kaarsen en flessen.
Van een piepjong meisje uit Geffen,
Mocht haar hondje niet keffen,
Dus likte het gedwee,
Aan haar vochtige snee,
En leerde op die manier beffen.
Er was een jongen uit Lisse,
Die stond uit het dakraam te pissen,
Maar o, wat een strop,
Het raam viel erop.
Toen moest hij zijn pissertje missen.
Er was eens een man uit Putten,
Die lag in de zon te dutten,
Het is echt waar,
Hij kwam zeven keer klaar,
Hij droomde van kletsnatte kutten.
Er was eens een jongen uit Lisse,
Die stond aan de slootkant te pissen,
Toen kwam er een snoek,
Die dook in zijn broek,
Toen moest hij zijn pikkie missen!
Een aantrekkelijk blond meisje uit Goor,
Verzuchtte verdrietig: "Ik snap het niet hoor.
Ik wil zo dolgraag een kindje.
Toch lukt het maar niet met m´n vrindje.
Ook al slik ik het dagelijks door!"
Er was eens een man in Istanboel,
Die zat met zijn reet op een klapstoel,
De klapstoel die brak,
En omklemde zijn zak,
O, wat trok die vent toen een rotsmoel.
Er was eens een vrouwtje uit Urk.
Die had in haar kutje een kurk.
Geen man kwam erdoor,
Behalve de pastoor.
Die ging achterom, de schurk!
Er was eens een man uit Timboektoe,
Die ging naar de hoer op de hoek toe,
Hij neukte haar gauw,
De hoer die zei auw!
En de man knoopte tevreden zijn broek toe.
Er was eens man van Terschelling,
Die ging iets te hard van de helling,
Zijn ketting die brak,
Zijn hoofd in de kak,
En zijn zak in de vierde versnelling.
Er was eens een konijntje in Laren,
Dat wou meer kindjes gaan baren,
Maar o wat een pech,
Haar mannetje was weg,
Nu heeft ze heel veel blaren.
Er was eens een meisje uit Lisse,
Die zat daar eens lekker te pissen,
Maar plots kwam Bert Koekoek,
Die klom in haar broek,
Nu moet ze haar kittelaar missen!
Er was eens een man uit Athene,
Zijn pik was nog langer dan zijn benen,
Geen flauwekul,
Hij liep op zijn lul,
Zo liep hij de Olympische Spelen!
Er was eens een ventje uit Drachten,
Die wou zijn hondje verkrachten,
Hij pakte hem beet,
Vol in zijn reet,
Hij kon gewoon niet meer wachten!
Er was eens een vrouwtje uit Londen.
Dat had een plastic zakje gevonden.
Zij zei tegen een knul:
"Bind dit om je lul!"
Zo werd het condoom uitgevonden.
Er was eens een meisje in Drente,
Die stopte haar kut vol met centen,
Haar vrijer, een kuiper,
Kreeg een kopergroene druiper,
En die loopt nu al sedert de lente.
Er was eens een schoothond in Knokke,
Die keek zijn bazin onder de rokken,
Toen zag hij pardoes,
Haar enorme poes,
Het beest is zich de pleuris geschrokken.
Een mooiweer zeiler op het Tjeukemeer,
Zei: "´t Is met deze golfslag geen neuken meer,
Met die hobbelende boten,
Stoot je constant je kloten,
En als je het niet doet, begint het jeuken weer!"
Er was eens een vrouw in Egypte,
Die stiekem de harem uit glipte,
Maar ze kwam snel weer terug,
Ging meteen op haar rug,
Omdat de sjeik zo verrukkelijk wipte!
Er was eens een zeer dolle Mina,
Die ging op vakantie naar China,
Ze werd als een beest,
Door Chinezen gekeest,
En nu heeft ze een dwarse vagina!
Er waren twee broers in Vianen,
Met lullen zo lang als lianen,
Ze hadden geen sjans,
Geen vrouw kreeg een kans,
Want ze hingen steeds vol bavianen.
Er was eens een boertje uit Nijkerk,
Die zei: "Als ik onderaan de dijk werk,
Dan fietst er zo´n meid,
Met d´r benen gespreid,
En dan kijk ik haar recht in haar zeikwerk!
Er was eens een jongen uit Lisse,
Die aan zee stond te pissen,
Toen was er een haai,
Die hem toen had genaai´,
Toen werd hij flikker en moest de vrouwen missen.
Een lelijk meisje genaamd Dickie,
Wilde graag tussen haar benen een likkie,
Haar vriend likte zich gek,
Maar ging over zijn nek,
Want ze had geen kut, maar een pikkie.
Er was eens een pausje in Rome,
Die handelde grof in condomen.
Hij maakte reclame,
En schreef op de ramen:
Zo lekker ben ik nog nooit klaargekomen!
Er waren eens twee nonnen uit Maarssen,
Een Poolse en een Hongaarse,
Ze hadden zo´n zin,
En gingen de winkel in,
Daar kochten zij twee druipvrije kaarsen.
Een lustige vrouw uit Sankt Gallen,
Was bezig haar spel te verknallen,
Haar partner ging goed,
Dus zei ze heel zoet:
"Geef mij jouw stok en jouw ballen."
Een zwoele pijpster uit Wenen,
Kwam naar huis met pijnlijke benen.
"Het Pijpen dat gaat,
Best goed daar op straat,
En je hoeft er geen pil voor te nemen."
Er kwam eens een man uit Dordrecht.
Die neukte zijn vrouw op het aanrecht.
Zijn pik stond stijf,
Van zo´n lekker wijf,
Ja, dat ding was kaarsrecht.
Er was eens een homo uit Vaassen,
Die wilde graag palen met pasen,
Hij zag toen een geit
Die keek niet zo blij,
Toen dacht hij: "Die neem ik te grazen!"
Er was eens een hoertje uit Mol,
Die had er haar buik van vol,
Ze zei: "O nee,
Niet meer met twee,
Ik maak voortaan wel alleen lol!"
Er was eens een man uit Boertange,
Die had een verschrikkelijke lange,
Hij zei heel relax:
"´t Is niks voor de seks,
Maar wel goed als je moet behangen!"
Er was eens een vent op Aruba,
Die had me een lul als een tuba,
Hij zei tot zijn wijf:
"Toe, wrijf hem eens stijf,
Dan spuit ik mijn kwakje naar Cuba!"
Er was eens een man uit Timboektoe,
Die ging naar de hoer op de hoek toe,
Even later kwam hij buiten,
Met een zak zonder duiten,
Hij knoopte tevreden zijn broek toe.
Er was eens een man uit Londen,
Die had een condoom gevonden.
Hij zei tegen een trut:
"Kom hier met je kut."
Want weggooien, dat vond hij zonde!
Er was eens een meisje uit Gent,
Die had een zeer geile vent,
Die nam haar anaal,
Ze vond het banaal,
Maar het kostte hem geen cent.
Een marathon schaatster uit Staphorst,
Die zoog aan haar echtgenoots knakworst,
Hij kwam bijna klaar,
En zei tegen haar:
"Kiek uut da´je niks van mien pap morst."
Er was eens een hoertje in Essen,
Die deed het met vorken en messen,
En bij het ontbijt,
Deed zij haar beentjes wijd,
En vingerde zichzelf met flessen.
Er was eens een meisje uit Lisse,
Die zat achter een boompje te pissen,
Toen kwam er een mol,
Die kroop in haar hol,
Toen moest ze haar kittelaartje missen.
Er was eens een meisje uit Rome.
Zij handelde in condomen.
Ze stond op de brug,
Met een brief op haar rug:
"Je kunt ze ook wassen en stomen."
Er was eens een vrouw op Terschelling,
Die ging met haar fiets van de helling,
Maar oh, wat een strop,
Ze sloeg over de kop,
Nu heeft ze een schaamlipontvelling.