Op een nonnenschool is de conciërge bezig het biologielokaal aan te vegen. Plotseling stoot hij met zijn bezem een penis op sterk water uit de kast. De pot valt open en de penis rolt eruit. Snel vult de conciërge de pot met jenever. Hij stopt de penis weer in de pot, maar het is geen gezicht: het ding zakt lusteloos in elkaar. "Weet je wat," denkt de conciërge, "ik draai er een spiraal in, dan blijft hij wel weer staan." Dus de conciërge draait een springveer in de penis, maar het ding ontglipt aan zijn greep en stuitert zo de gang op. Daar komt juist een non voorbijlopen. Zij begint wijdbeens achter de penis aan te springen en roept: "Hier moet je wezen, hier moet je wezen..."